Wij
hebben John Muir leren kennen in Glacier Bay. Hij was de eerste
Amerikaan uit de zuidelijke staten van Amerika die eind
achttienhonderd de gletsjers van
Glacier Bay beschreef en vol
verwondering rondzwierf door Alaska met een andere blik dan bont
en zalm.
Van geboorte een Schot, maar al jong met zijn ouders naar Amerika
gekomen, was hij een gedreven 'naturalist'. Zijn tijd ver vooruit,
met een passie voor natuur en natuurbehoud én hij kon goed
schrijven. Mede door zijn lobbywerk werden Yosemite, Sequoia en de
Sierra Nevada nationale parken in
de US. Zijn publicaties
bereikten vele Amerikanen en veranderde hoe er naar natuur werd
gekeken. Het zorgde voor het
eerste toerisme naar Alaska, op de stoomboot vanuit Seattle. Door
Muir's verhalen werden mensen nieuwsgierig en wilden ze deze
wonderschone natuur met eigen ogen zien.
Na
onze “ontmoeting” ben ik boeken van Muir gaan lezen, prachtige
verhalen en ik ben dan ook erg vereerd dat ik een gastblog van hem op
mag nemen tussen onze reisverhalen. Ik heb nergens zo'n mooie
beschrijving gevonden van dit
deel van Alaska als deze! Mijn
eigen woorden schieten steeds tekort om het wonderlijke landschap te
beschrijven waar we door heen varen. Dus doe een stapje terug in de
tijd, naar een lager tempo en vaar mee met John Muir op de stoomboot
door Oost Alaska. Ervaar in
zijn woorden wat wij dagelijks
om ons heen zien.
“De
ontzagwekkende wildernis van Alaska is, met haar imposante bergen vol
gletsjers en sneeuw, haar diepe, landinwaarts lopende fjorden,
bloemrijke planten, grenzeloze hoeveelheid groene bossen en eilanden
en sprankelende, klaterende wateren, een schitterend gebied voor wie
van mooie waterbronnen houdt en is tegenwoordig goed bereikbaar voor
de gewone reiziger.
De
bootreis vanuit Puget Sound naar de kop van de Alexander archipel is
werkelijk betoverend. Wetenschappelijke belangstelling buiten
beschouwing gelaten ken ik geen enkele andere tocht door de wildernis
van Amerika waarin zoveel mooi, groots en nieuw natuurschoon zich zo
onbelemmerd voor het oog ontvouwt. Starend vanaf het dek van het
stoomschip wordt je soepel over het kalme water gevoerd, steeds
verder, langs honderden eilanden, allemaal dicht begroeid met groen
dat ruimschoots van water wordt voorzien. Van de gebruikelijke
ongemakken van een zeereis heb je geen last, omdat de route leidt
door een netwerk van windstille kanalen met doorgaans zo weinig
deining als op een rivier, en zonder de zilte geur in de lucht en de
bruine algenstrook die je bij eb op beide oevers ziet, zou je je maar
moeilijk kunnen voorstellen dat je op zout water bent; het lijkt
eerder alsof je een reeks gletsjermeren in het binnenland afvaart.
Dag in dag uit drijf je te midden van een waar sprookjesland, het ene
uitzicht nog mooier dan het andere.
Vóór
deze reis was ik nog nooit door zulk onbeschrijflijk natuurschoon
omringd geweest. Van iets vastomlijnds valt nog relatief gemakkelijk
een schilderachtig beeld te schetsen – een meer in een bos, een
gletsjerweide, een waterval in een vallei of zelfs een imposant
berglandschap waar je, na door dichte bossen van piek naar piek
geklommen te zijn, vanaf een open plek op uitkijkt. Dat is nog wel te
doen en kan een min of meer treffend beeld opleveren, want daarin
vinden we ruimte voor een begin, dat we wellicht ook weten af te
ronden. Maar dit web van natuurschoon waar de noordkust door wordt
opgesierd is zo onbegrensd en uitgestrekt, heeft zoveel elementen
waarvan absoluut niets kan worden genegeerd of weggelaten, is zo
gevarieerd en tegelijkertijd zo hetzelfde, met lijnen die subtiel en
oneindig in elkaar overlopen, terwijl het geheel zo ijl is, zo teer,
zo vluchtig in licht en schaduw, dat elke pennenstreek vulgair en
vruchteloos aandoet.
Hoe verder we de glanzende wegen door baaien en
zeestraten volgen, langs bos en waterval, eiland en berg, met de
hemelsblauwe kaap in de verte, hoe meer het er op lijkt dat we
uiteindelijk het paradijs van dichters, het huis der gelukzaligen,
zullen bereiken.
Hier
vaar je rustig een smal kanaal in, tot de rand van het water omzoomd
door beboste bergen. Er is geen vergezicht, en je blik blijft rusten
op alles in je nabijheid. De bossen zijn dicht beplant, als een
korenveld, en doordat ze op een steile helling groeien steekt bijna
elke boom boven de anderen uit, als mensen op een tribune- de
blauwgroene, spits toelopende toppen van de Menzies-sparren, de warme
geelgroene Merten-sparren met hun toppen die als vingers alle kanten
op wijzen of elegant als grashalmen omlaag hangen, en de luchtige
vederlichte bruingroene Alaska-ceder, die harmonieus in zijn omgeving
opgaat; korsten en mossen op de takken, een strook struikgewas langs
de oevers.
Daar waar de bomen door winterlawines zijn weggevaagd en
op de hogere plekken zie je lichtgroene plekken, holtes vol sneeuw en
schaduw, bronnen van oeroude gletsjers en ondiepe, steile dalen met
watervalletjes die voornamelijk achter stroken kornoelje en els
verstopt zitten, en hier en daar een stukje wit laten zien als ze
over een loodrechte, mossige klif lopen, of zich pas weer vertonen op
het bruine alg op de oever. Wellicht schieten er een paar eenden door
de lucht, misschien zie je op een dode spar een Amerikaanse zeearend
op zijn gemak zijn veren verzorgen, of hoor je de intens eenzame roep
van een fuut, en het hele landschap bestaat uit een woestheid die net
zo ingesloten en afgezonderd is als de woestheid van de bergen.
Inmiddels vaart het stoomschip
misschien al zo dicht bij de oever dat je de paarse kegels van de
sparren in het voorbijgaan bijna aan kunt raken. Maar dan komen er,
met magische snelheid, nieuwe taferelen in zicht. Zodra je om een
uitstulpende kaap heen bent gevaren, wordt je oog naar verreikende
uitzichten getrokken, omringd door licht gekromde, charmant in het
gelid staande landtongen, die sierlijk achter elkaar wegduiken en in
de verte steeds vager en ongrijpbaarder worden. Het gladde kanaal
waar je op vaart strekt zich er als een rivier tussen uit, met hier
en daar een rimpeling van de springende zalmen die als heldere
zilverstralen zo'n halve meter boven het oppervlak uitkomen, en
zwermen witte zeemeeuwen die als lelies tussen de vlekjes zonlicht
dobberen; terwijl de koele, witte zonneschijn die overal gefilterd op
valt de lucht, het land en het water tot een bleek nevelig blauw
vermengt.
Dan, terwijl je vol van een vaag, dromerig verlangen in de
verte van deze bladerrijke zeeweg staart, vaart het stoomschip rustig
met een bocht via een tot dan toe ongeziene doorgang verder naar een
uitgestrekt gebied, een wijde baai vol eilandjes die zijn
uitgestrooid en gegroepeerd in vormen en composities die alleen de
natuur kan hebben bedacht. Sommige, met steile kliffen, duiken
loodrecht de blauwe prairie van het zilte nat in; andere zijn
afgerond met een gladde, bolle rotsrand, of met holle bochtjes die
eindigen in vlakke punten vol cypergras. Sommige zijn zo klein dat
het net is alsof er losse bomen uit de aangrenzende wouden zijn
geplukt en in het water zijn gezet om ze vers te houden. Hier en daar
zie je misschien een eenzame, kale rots vlak boven het water
uitsteken, als een zwarte punt aan het eind van een volzin van
eilanden, waarvan elke regel in vorm en betekenis in het spiegelwater
wordt weerkaatst.”
Het
verhaal gaat nog tientallen pagina's verder, voor mij een feest om te
lezen en zeer aan te raden. De erfenis van John Muir is nog steeds
levend, in zijn boeken en essays, de parken waar hij zich sterk voor
heeft gemaakt, en zelfs in Nederland. Staatsbosbeheer organiseert
wandelingen in de geest van John Muir op de Veluwe, wandelingen waar
je je laat verrassen door de natuur om je heen, door met een andere
blik te kijken. Want of je nu in Alaska bent of in Nederland, natuur
is geweldig.
Fragment
Alaska uit “In de Wildernis” van John Muir, vertaling door Eefje
Bosch. Overgenomen met toestemming van uitgever van Oorschot,
Amsterdam
isbn
978 90 282 80755
Wat een prachtig verhaal. Ik zal eens zoeken of ik een boek van John Muur kan vinden over ons leefgebied : De Veluwe. Dat kunnen we dan ook bezoeken net als jullie nu in Alaska doen. Groetjes
BeantwoordenVerwijderenOngelofelijk mooie foto's en teksten.
BeantwoordenVerwijderenHans