De
boot mag dan winter klaar zijn, wij nog niet. Neef Robbert en zijn
vrouw Chantal komen naar Japan en we gaan samen twee weken rondreizen
met de trein. De keus is gevallen op Kyushu in de hoop daar nog zacht
najaarsweer te treffen. Door ervaring wijs geworden hebben we gemaild
toch maar warme kleding mee te nemen, al ligt het vrij zuidelijk, het
najaar is hier koud.
Samen
reizen is leuk. Andere inbreng zorgt ervoor dat wij ook weer andere
dingen doen en zien. Roel laat het voorbereiden van het landreizen
meestal aan mij over, maar Robbert is net zo uitzoekerig en zo komen
we samen tot een afwisselende reis. Er is zoveel te zien!
We
zullen Robbert en Chantal ontmoeten bij het metrostation Honmachi in
het centrum van Osaka. Maar.... dat metrostation blijkt meer dan 40
uitgangen te hebben! En waar zit hun hotel precies? Na enig heen en
weer gezoek blijkt dat Robbert de uitgang in de whatsapp erbij gezet
heeft, dat scheelt, we komen 'maar' een half uur te laat. Zo verbazen
we ons dagelijks over de omvang van van alles. We verkennen eerst de
bekende wijk Dotonbori in Osaka met zijn vele enorme winkels, tig
kleine winkeltjes en talloze restaurants. De markt is even
uitgebreid. De Tako Yaki, bolle poffertjes met een inktvisje erin,
doet het niet bij iedereen even goed, maar voor de liefhebbers zijn
ze zeer smakelijk. Er is voldoende te koop en voor ieder wat wils.
Midden tussen al die drukte zit dan opeens een oud straatje van
kleine restaurantjes met zwarte houten voorgevels waar ouderwetse
lampionnen aan hangen. Verderop komen we bij de kleine Hozen-ji
tempel die ook uit oude tijden lijkt weggerukt. Het beeld onder de
canapé is dik overgroeid met mossen en de bezoekers gooien er een
schepje water overheen voor ze buigen.
's
Avonds zijn de grote winkelstraten verlicht in felle kleuren, de
winkels hangen vol met knipperende kerstversieringen en zoete
kerstmuziek blèrt onophoudelijk uit de speakers van winkels,
metrostations en zo meer. De eerste restaurants lijken vol te zijn
(in ieder geval voor ons) maar we komen op een leuke plek terecht
waar we door een klein deurtje in onze “cabine” klimmen en aan
een lage tafel zitten, gelukkig met plaats voor onze benen daaronder.
We bestellen maar wat bij de knielende serveerster en het is
smakelijk. Chantal is redelijk bekend met het Japanse eten en dat
scheelt een hoop, maar zonder Engelse vertaling....
We
bezoeken Nara wat in de 8e eeuw de hoofdstad was. En waar
de hoofdstad is zijn tempels, véél tempels. We bezichtigen er
meerdere met een vrijwilliger/gids die ons van alles laat zien en
uitlegt in het Engels. Dat maakt het begrijpelijker én we zien meer.
Ieder beeld of schildering heeft een betekenis. Bijna alle tempels
zijn meerdere keren herbouwd na brand of aardbeving en ook nu wordt
er nog dagelijks gewerkt. Buiten de tempels houden hertjes ons
gezelschap en hopen op een lekker hapje. De herten zijn zo tam dat ze
zelfs wachten voor het stoplicht bij de zebra. Een bewoner van Nara
raadt ons aan naar de Isui-en tuin te gaan, inderdaad prachtig zelfs
nu het bijna winter is. De vormen van de vijvers, bomen, houten
gebouwtjes en de bergen op de achtergrond vallen mooi samen. Maar het
topstuk van ons bezoek is de Todai-ji tempel waarvan de grote hal het
grootste houten gebouw ter wereld is. Daarin staat de Daibutsu, de
grote Boeddha, een bronzen beeld van 16 meter hoog en verguld met 130
kilo goud. Om de grote Boeddha is een waaier van kleinere beelden, de
een nog mooier dan de ander. Het is echt een indrukwekkend gezicht en
mensen zijn van heinde en verre gekomen om het te zien net zoals wij.
Robbert en Chantal hebben een Japan Railpas voor ons meegenomen (in
het buitenland te koop voor toeristen) en we reizen met de snelle
shinkansen treinen. Het voordeel van reizen met de trein is dat we
ons snel en makkelijk kunnen verplaatsen. Treinen rijden op tijd en
er zijn er veel. Ze zijn wel prijzig maar door de railpas merken wij
dat niet zo. Er is overal veel personeel in Japan, zo ook op de
treinen en op de perrons. De conducteur komt binnen, maakt een
buiging naar de reizigers, loopt langs, draait zich aan het eind om
maakt weer een buiging en sluit zachtjes de deur. De jonge vrouw met
het hapjes en drankjes wagentje doet hetzelfde. Niemand belt in de
trein (of de metro) praten doe je zachtjes, eten of drinken alleen op
lange afstand treinen en geen “opdringerig” voedsel. Afval neem
je vanzelfsprekend mee terug naar huis, daarom staan er ook vrijwel
nergens afvalbakken. Ook de reizigers zelf zijn uiterst attent,
iedereen wacht in de rij aan weerszijden van de plaats waar de deur
is aangegeven op het perron. Mensen kunnen zo ongehinderd uitstappen
en daarna gaan we pas naar binnen, alles rustig en efficiënt. Als
Roel en ik niet naast elkaar kunnen zitten staat er meestal iemand op
om van plaats te ruilen. Er zijn dingen waar je zó aan went, die je
nooit meer anders zou willen.
Ondanks dat we nog niet eerder met z'n vieren gereisd hebben gaat het
heel makkelijk en is het erg gezellig. Mijn vreselijke gewoonte om de
bladzijden van de Lonely Planet voor die dag er uit te scheuren en
mee te nemen is letterlijk een zwarte bladzijde maar we krijgen toch
de nieuwe versie van de Lonely Planet mee voor verder gebruik, dus de
relatie heeft er niet onder geleden ;-) We zien veel, in het
volgende blog een fotoverslag van onze rondreis door Kyushu, het is
te veel om alles te beschrijven.
Foto's uit Osaka, de markt, een Tako Yaki bakker, Hozen-ji tempel, Kerstversiering in de winkelstraat, Oud straatje met restaurants
Foto's uit Nara. Stempel van een bezochte tempel in mijn tempel "dag"boek, de grote hal, een kleine tempel, de Sui-en tuin en lekker uit eten op te terug weg: Kushikatsu, stokjes met allerlei gepaneerde hapjes uit de frituur
Foto Himeiji, uitzicht over de stad vanaf het kasteel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten