zondag 5 augustus 2018

Zomer in Kodiak - juli

We kunnen varen en hoe! We zeilen in de zon met een prachtige halve wind van Chignik naar Kodiak. Het is een overnighter, maar op deze manier is het een plezier om te zeilen. Ten zuiden van Kodiak eiland varen we door de Sitkinak straat, de stroming staat nog mee ook en het gaat voorspoedig. Daarna is de wind op en met de motor varen we naar de Japanese Bay. Er zijn meerdere baaien hier die een soort duin van zand in de ingang of halverwege hebben en daarachter ankeren we super beschut. Er liggen twee rijen boeien, netten of krabbenkooien, we weten het niet. Later horen we dat het krabbenkooien waren en dat de vissers het niet erg vinden als je wat krabben eruit haalt, als je maar aas terug stopt of nóg beter een sixpack bier. Dat zullen we goed onthouden!
De volgende dag varen we in mist en lichte regen naar de Three Saints Bay. Hier werd de eerste Russische nederzetting in Alaska gebouwd rond 1780. Al is daar niets meer van te zien, het is toch historische grond. Het is een natuurlijke haven met een laag gedeelte op de vinger in de ingang. Ik stel me voor dat daar het dorpje was. In 1792 verwoestte een tsunami het dorpje en werd besloten de "hoofdstad" te vestigen waar nu Kodiak stad is. (Kodiak is de naam van de archipel, het eiland en het stadje. Lekker verwarrend!). We liggen er prachtig, om ons heen hoge bergen en ondanks de harde wind hebben we geen last van valwinden. De volgende ochtend vertrekken we, de zon komt door de wolken en tovert een prachtige regenboog en kleurt later ook de sneeuwranden hoog in de bergen.
Het eiland Kodiak heeft een hoge bergrug in het midden en aan beide kanten diepe fjorden. Het is een onherbergzaam gebied en het grootste gedeelte is nationaal park met de Kodiak beren, vossen, herten en zalmen als enige bewoners.
De volgende stop is Old Harbor in de Sitkalidak straat en het lijkt erop dat het eindelijk zomer aan het worden is, we kunnen in een T-shirt naar het dorpje lopen. De tsunami in 1964 ten gevolge van een grote aardbeving in centraal Alaska (9,2 op de schaal van Richter, de grootste ooit in Noord Amerika) heeft hier alle huizen verwoest behalve het Orthodoxe kerkje. Vanaf het water ziet de kerk er mooi uit en we ontmoeten er Father Joseph. Een leeftijdsgenoot die later in zijn leven priester is geworden.
Hij onderhoudt de kerk en de grond erom heen en zorgt voor het zielenheil van zijn parochianen. Groot is die niet want er wonen maar 100 á 200 mensen in het dorp, afhankelijk van het jaargetijde. De kerk heeft een fijne sfeer en de gebruikelijke iconen sieren de inconastase en de wanden. Op de heuvel boven de kerk is het kerkhof en we verbazen ons over de vele Scandinavische namen die we tegenkomen, Olsen, Johanson en Haakonen bijvoorbeeld. Er is één winkeltje in het dorp met snoep, blikjes limonade en instant eten. Het is tevens koffiehuis, wifipunt, souvenirshop, eigenlijk annex alles want verder is er niets. De families laten de boodschappen per vliegtuigje bezorgen uit Kodiak stad en eens in de zoveel tijd gaat iemand met zijn boot naar Kodiak en haalt een hoop drank en dan viert het hele dorp een weekend lang feest. Dat laatste hebben wij overigens alleen van horen zeggen.
Wij vinden het nogal stil in het dorp, alleen honden hebben de tijd van hun leven en wandelen massaal met ons mee. De natuur is prachtig en woest, we zien een gletsjer tegen een van de bergen in het midden van het eiland. Verder bossen, water en scherpe pieken. Tegen de avond gaan we op zoek naar de Grote Kreek voor de beren die we op de ansichtkaarten gezien hebben. Of we ons geweer bij ons hebben? Nee, die hebben we niet, dus we hebben een handfakkel en fluitjes meegenomen. Het is even zoeken maar achter de nieuwe landingsbaan denken we de Grote Kreek te zien inclusief een mooi uitkijkpuntje om eroverheen te kijken. Onderweg zie ik een grote Kodiak beer op het strandje en hij loopt heuvel op precies naar hetzelfde uitkijkpuntje. Ik verzet geen stap meer en neem genoegen met de verrekijker, Roel loopt nog 500 meter door. De beer lijkt echt veel groter dan de beren die we in Volcano baai gezien hebben en snel is hij ook. Hij verdwijnt uit zicht, maar ons animo om naar het uitkijkpuntje te lopen is toch wat bekoeld.

Weer een prachtige dag om te varen, al hebben we geen zucht wind. We volgen de kustlijn op weg naar Kodiak. Het is een imposante kust met hoge kliffen en diepe inhammen. Ergens staat een enorme witte toren, maar een vuurtoren kan het bijna niet zijn. Als we de Chiniak baai invaren ontwijken we een veld kelp, maar wat vreemd dat het beweegt! Het blijkt een "raft" (vlot) van zeeotters te zijn die in elkaar gevlochten lekker liggen te relaxen in het water. We zien nog twee van die raft's, zeker 150 zeeotters alles bij elkaar! We ankeren tegenover Kodiak stad en genieten van het mooie weer.
Kodiak is na Dutch Harbor de tweede grootste vissershaven in de USA, al lijken veel vissers uitgevaren. Met de dinghy gaan we verkennen. Dit is dan dé stad waarvan iedereen ons heeft verteld dat het voorlopig de grootste plaats is die we aandoen. Het is veel kleiner dan Zierikzee, wat we vroeger "de stad" noemden. We zien vooral veel bars, restaurants en souvenirwinkels. De supermarkt is kilometers buiten de stad evenals het warenhuis Wallmart.
Zondag is bijna alles gesloten, maar er is een wandeling met de lokale Aubudon Society die lijkt op Vereniging Vogelbescherming in NL. We zijn met zo'n 16 mensen en rijden Kodiak uit naar het park rondom Fort Abercrombie uit WW2. Brad geeft ons een lift en alle gasten zonder auto worden zo verdeeld. De gids heeft een leuke route bedacht en we zien uitkijkbunkers, kannonen en walvissen spelen vanaf een van de forten.
Het is opvallend hoe anders de kust eruit ziet vanaf de kant, zeker omdat we ruim honderd meter boven het water staan. Er is een binnenmeer met waterlelies, nog wat laatste bloemen, salmonbessen en mooie hoge Sitka Spruce, de lokale den. Ondanks de bordjes dat er beren gesignaleerd zijn in het park zien we er geen één. Dat kan ook bijna niet anders met zoveel mensen, waarvan 4 of 5 kinderen, er wordt wat afgepraat! De groep is erg gevarieerd en we spreken een paar lokale bewoners. Brad is hier als kind naar toe verhuisd, maar veel zijn hier pas later komen wonen, sommigen zelfs na hun pensionering. Kodiak is in de laatste 50 jaar een stuk 'zachter' geworden zoals Brad het uitdrukt, toen waren er vooral ruige bars en vrijwel alleen (zee)mannen. De verhouding man-vrouw is nu wat beter, maar nog steeds uit balans, een probleem waar heel Alaska mee kampt.
Na de koffie met Brad doen we even een snel rondje watersportwinkel, de eerste sinds Nieuw Zeeland en Doe-het-zelf winkel, wat een luxe. Het is nog steeds zonnig weer, zou het écht zomer kunnen zijn? We hebben geen zin in de haven en varen terug naar Chiniak Baai om otters te kijken. We ankeren ergens in het midden, ze schrikken van ons en zwemmen verderop. Als we maar lang genoeg blijven liggen komen ze vast terug. We wachten met een glaasje wijn en lekkere hapjes en ze komen inderdaad terug. Het is een stralende avond en we hebben uitzicht op de bergen met hier en daar sneeuw rondom de baai. Waarom zouden we teruggaan, we blijven lekker liggen, 2 mijl van de haven en in gezelschap van de otters. Dat is zeker goed voor 500 otterfoto's....

Nu dan toch de haven in, boodschappen met de taxi, de was op de fiets en ´s avonds een heerlijk in Kodiak gebrouwen speciaal biertje met de bemanning van Kiwi Coyote en Brother Wind.







Geen opmerkingen:

Een reactie posten