vrijdag 14 juni 2019

Een spetterende finale van Alaska - mei


De route ten zuiden van Wrangell is woest en lieflijk tegelijk. Woest omdat het zo is achtergelaten door de terugtrekkende gletsjers, gevormd door ijs, water en wind. Lieflijk door het beschutte water, de bomen en kleine eilandjes. Er zijn talloze ankerplaatsen, dus er is er altijd één uit de wind. Niet dat we overigens veel wind hebben, nog geen enkel seizoen hebben we zoveel motoruren gemaakt als nu in Alaska. Door de smalle vaarwaters tussen de eilanden is de wind mee of tegen – voor ons gevoel vaker tegen – en wij hebben geen geduld om te wachten tot de wind draait. Ik snap goed dat de exploratie hier eigenlijk pas goed op gang gekomen is nadat er stoomschepen waren. Je moet er niet aan denken om hier met een moeilijk manoeuvreerbare zeilboot rond te varen. Overal rotsen en riffen, ondieptes en moddervlaktes. Voor kano's daarentegen geweldig water, de oorspronkelijke bewoners waren in het voordeel!

We varen door Zimovia Straat en Ernest Sound – zelfs de namen zijn mooi – waar we zigzaggen tussen de eilandjes. Het is net een puzzeltje en daardoor houdt het de aandacht vast. Prachtige plekken om te ankeren, maar Naha baai spant de kroon. Een tip van een lokale zeiler en we hadden het niet willen missen. Er ligt een ponton waar we af meren, erachter is een lagune waar je alleen met hoog water met de dinghy in kunt met daarachter 2 grote meren. De eerste avond lopen we naar de lagune, maar we zien op verschillende plekken opgegraven stinkdierkool. De beren zijn dus actief en we hebben geen afschrikkende middelen bij ons. Terug naar de boot en morgen opnieuw proberen. De hele nacht bruist het water om ons heen uit de rivier. 
We liggen tussen de bomen en worden wakker van zingende vogels, dat klinkt heel wat beter dan klagende meeuwen. Er lijkt een pad met boardwalks langs de meren, dus eindelijk weer een lange wandeling! De planken van de boardwalk zijn lang niet belopen, mossig en alles druipt van het vocht in de vroege morgen, levensgevaarlijk! Maar tegelijkertijd is de omgeving zo mooi dat we toch doorlopen. We kunnen inderdaad langs alle drie de meren lopen, met stroomversnellingen tussen de meren in. Bij het middelste meer treffen we vier mannen uit Seattle in een wildernis hut. Komen jullie lopen? Van beneden, van het zoute water? Ja dat komen we. Ongelofelijk! Zij doen al 25 jaar weekjes “overleven in de wildernis” met z'n vieren en het wordt ieder jaar beter. Ze laten zich afzetten door een watervliegtuig en hebben werkelijk alles bij zich: enorme koelboxen met bier, klapstoelen, een rijststomer, generator, buitenboordmotor, meer drank dan goed voor ze is, een geluidsinstallatie met rock muziek die kilometers ver te horen is en nog veel meer. Ik vraag wat ze gaan vissen voor het eten, maar ook dat is niet nodig, te moeilijk, ze hebben de maaltijden meegenomen. Vanavond eten ze vis, uit Seattle, gemarineerd en wel – door hun echtgenotes, denk ik er gemeen achteraan. 
Het is lunchtijd als we aankomen, maar de kater is pas net aan het optrekken en de ontbijtkoffie gaat slechts mondjesmaat naar binnen. We lopen door naar Heckman Lake, het derde meer, waar de cabin gelukkig verlaten is en wij het rijk alleen hebben. Onderweg verzin ik een plan voor de mannen als ze werkelijk iets willen vertellen als ze terug gaan. Lopen met je spullen naar boven en weer terug naar hoe ze 25 jaar geleden waarschijnlijk begonnen zijn: avontuur en afzien. Ik houd het voor me, volgende week gaan ze namelijk nog een week naar de volgende wildernis hut om te “vissen”, en onderweg worden de voorraden aangevuld door het vliegtuig, ze verheugen zich er nu al op.

In een nieuw gebied is het altijd even zoeken hoe lang de wandelingen zijn. Een kilometer berg op is een hele andere dan over vlak terrein. De aangegeven wandeltijden kunnen ook flink verschillen van wat wij lopen. In Nieuw Zeeland waren we iets sneller, maar hier lopen we geen 8 uur maar 6 uur over de 19 kilometer. De terugweg gaat wel makkelijker, bergaf en de boardwalks zijn later op de dag minder glad. Het dierenleven was iets anders dan we gedacht hadden, alleen vogels, twee kikkers en een naaktslak kruisen ons pad, maar wie het kleine niet eert.... We hebben prachtige grote oude bomen gezien, rotsachtige stukken, moeras, mossen, voorjaarsbloemen en bessenstruiken in bloei, alles groeit op en over elkaar heen. Ik geloof niet dat ik die nacht de rivier gehoord heb, ik droomde vast dat ik een slakje was in het grote bos.

Op weg naar Ketchican beleven we een spetterende finale van onze tijd in Alaska. We zien een paar visbootjes bij elkaar liggen en commotie in het water. Het is een groep walvissen die aan het “bubble net feeding” is. De groep van 4 of 5 walvissen duiken op commando allemaal tegelijk naar beneden, ze maken een cirkelvormig gordijn van luchtbellen en daarin zitten de vissen gevangen. Dan komen de walvissen met z'n allen tegelijk met hun reusachtige bekken open naar boven om de vissen te verschalken. Het is een geweldig gezicht. We hadden de hoop eigenlijk al opgegeven, er zijn dit jaar erg weinig walvissen in het gebied.
Het verrast ons hoe dicht ze onder de kust vissen. We volgen ze op afstand en zien ze verschillende keren boven komen. Lastig om te fotograferen of filmen, want het moment zelf duurt maar even, door hun gewicht zakken ze ook zo weer naar beneden in het water. Maar om te zien is het geweldig. Dan zijn we ze een poosje kwijt, waar zitten ze nu? Tot ze weer boven, komen 20 meter bij de boot vandaan! Het is fantastisch en ik schrik met te pletter! Geweldig, maar veel te dicht bij Tara! Ik vergeet een foto te maken, ik vergeet alles! Het gaat gelukkig goed en op mijn netvlies staan ze in ieder geval en ik heb een foto van de bubbeltjes die nog naborrelen als de walvissen alweer onder zijn. De walvissen vervolgen hun weg richting Naha Baai en wij laten ze met rust, dit was een belevenis.

Het is onze laatste Amerikaanse haven en we gaan uitklaren bij de douane, maar krijgen de kous op ons kop. We zijn vergeten ons in Petersburg en Wrangell te melden ( de kleine lettertjes vergeten, stom!) en krijgen in plaats van een boete van $20.000 een officiële waarschuwing dat we de wet overtreden hebben, wellicht met gevolgen voor onze volgende cruising permit later dit jaar. Ik ben helemaal van slag en het duurt even voor ik kan denken “dat zien we dan wel weer”. Ketchican kon ons toch al niet zo bekoren, we vragen ons werkelijk af wat die miljoen toeristen per jaar hier komt doen. De aardigheid is er nu helemaal af. Voor de vorm lopen we nog door Creekstreet, de bordeelbuurt van lang geleden en het is verfrissend om eens door iemand anders' rosse buurt te lopen. Nu zijn de etablissementen omgetoverd tot restaurant, galerie of souvenirshop, geld moet immers rollen. Niets nieuws onder de zon. Gelukkig vinden we een kleine micro brewery met alleen maar locals en we drinken een uitstekend biertje op de goede afloop. Morgen worden er 5 cruiseschepen verwacht, wij vonden 1 dag Ketchican meer dan genoeg.

Gerechtigheid kent vele vormen zullen we maar zeggen, want we mogen - met toestemming - nog 1 keer in een Amerikaanse baai ankeren voor we de grens oversteken naar Canada: Foggy Bay. De baai doet zijn naam eer aan, de hele dag hangt er een mistbank voor de ingang en het is een minuscuul, ondiep doorgangetje waar we door heen wurmen, maar dan liggen we ook eerste klas. Door een opening tussen de rotseilandjes kijken we uit op de Dixon Enterance waar de oceaan en de branding vrij spel hebben, maar binnen is het stil en vredig. Op de grens met Canada treffen we de volgende dag een gelukkige bultrug, keer op keer werpt zij zich hoog op uit het water om met een geweldige plons weer terug te komen, dan rolt zij om en om met haar grote witte zijvinnen, flats flats, afscheid of welkom? Wat zullen we er in zien, wie zal het zeggen. Een mooie afsluiting van een geweldige tijd!











1 opmerking:

  1. Prachtige verhalen weer op jullie blogs; leuk om te lezen. Ook 'op de stoomboot bij John Muir' was ik even in een andere wereld: wel een overgang voor mij, na een file-rit over een verhitte snelweg in Rotterdam :)
    Lieve groeten van ons , Ruud & lia

    BeantwoordenVerwijderen