woensdag 2 oktober 2019

Bergen en dalen in Yosemite - september


In San Francisco trekt niet de stad maar het achterland, de Sierra Nevada. We zijn al laat in het seizoen en sommige wegen gaan dicht als de eerste sneeuw valt, dus op pad! Californië heeft prachtige parken en Yosemite is de mooiste volgens de gidsen. We zijn laat, het is al herfst en we hebben niets kunnen bespreken, maar het zal wel naseizoen zijn.... Niet in Yosemite! Met miljoenen bezoekers per jaar en beperkte overnachtingsmogelijkheden is het knap lastig om een kampeerplekje te vinden. We strijken neer op een camping net buiten het park aan Bass Lake.

Het hart van Yosemite is de vallei waar gletsjers en de Merced rivier in miljoenen jaren de wanden afgesleten hebben tot torenhoge dieptes. De vallei was al duizenden jaren bewoond door de lokale Miwok indianen toen Europeanen er in 1851 voor het eerst een blik in wierpen. 
Het was het Mariposa Bataljon, een militaire “ontdekkings” expeditie op zoek naar indianen die handelsposten en pioniers lastig vielen. Lafayette H. Bunel, een van de leden van de expeditie, hield een dagboek bij en hij beschreef het zo: “None but those who have visited this most wonderful valley can even imagine the feelings with which I looked upon the view that was there presented. The grandeur of the scene was but softened by the haze that hung over the valley-light as a gossamer-and by the clouds, which partially dimmed the highest cliffs and mountains... increased the awe with which I beheld it, and as I looked, a peculiar exalted sensation seemed to lift my whole being, and I found my eyes in tears with emotion...”. De eerste bik op de vallei roept nu nog steeds een gevoel op van ontzag en verwondering. Het is prachtig, met aan weerszijden hoge granieten wanden, bergen met ronde vormen, watervallen, een groene vallei in het midden en bomen op het grensvlak.
We zijn niet de enigen die dat vinden, op het uitzichtpunt na de tunnel staan nog zo'n 200 mensen, dat is even wennen! We hebben moeite om in de drukke vallei, tussen files, parkeerproblemen en toerbussen door, de mooie plekken te vinden en rust om de natuur op ons te laten inwerken. Ik lees dat 95% van de bezoekers maar 5% van Yosemite ziet. Wij hebben dus geluk dat we er bijna een week kunnen blijven.

Iedere dag verkennen we ander gedeelte van het park en maken lange wandelingen. Als zeelui hebben we wel moeite met het lopen op grote hoogte. We moeten rustig aan beginnen om niet helemaal buiten adem te raken, vooral als we klimmen, maar iedere dag gaat het beter. We merken dat maar weinig mensen verder dan 2 kilometer van de parkeerplaatsen lopen. Daarna is het alsof we alleen in deze fantastische omgeving zijn en hier ervaren we de stilte van de natuur. Ook de afgronden zijn indrukwekkend, soms iets te, maar we “beklimmen” wel een paar van de ronde domes en Taft Point, een uitstekende rots boven de vallei.

Als we op Glacier Point staan op de zuidelijke wand, op 2400 meter hoogte, hebben we een weids uitzicht over de vallei beneden ons in de diepte. In de ijstijd was de vallei één grote gletsjer en lag er bovenop Glacier Point nog 230 meter ijs! De rotsen en de bergen om ons heen zijn helemaal glad gesleten door de schurende beweging van het ijs. Typerend voor deze streek zijn de ronde, bol afgesleten bergen - domes genoemd – en de gigantische Half Dome steekt overal bovenuit. Om ons heen zijn watervallen die in verschillende verdiepingen naar beneden storten. De Yosemite waterval is met 800 meter de hoogste van heel Noord Amerika. Stoere, vaak eeuwen oude dennen bevolken de hellingen en de richels waar ze nog net kunnen groeien, in de vallei stroomt de Merced rivier tussen weides en loofbomen. Een prachtig oer landschap!

In een hoekje van het park is het Mariposa Bos, waar een groep reuzen sequoia's staan. De oudere en dikkere zusjes van de hoge Coastal Sequoia's waar we eerder waren. Het zijn niet de oudste bomen van de wereld, maar de 'Grizzly', met haar geschatte 2700 jaar, is voor ons al moeilijk genoeg te bevatten. De boom is zo hoog als het Vrijheidsbeeld in New York, haar stam is getekend door bosbranden die eeuwen geleden hebben plaatsgevonden. Er omheen staan andere prachtige sequoia's en bomen die eind 1800 “aangepast” zijn om als toeristen attractie te dienen. De bomen en het omliggende bos maken ook hier erg veel indruk op ons.

In de vallei, staan we aan de voet van El Capitan, een loodrechte granieten wand van 900 meter hoog, we voelen ons nietig. Dit is een mekka voor bergbeklimmers met zeer moeilijke klimroutes. Alex Honnold is hier tegen opgeklommen zonder lijnen of zekering, onvoorstelbaar! De film Free Solo volgt de beklimming, doodeng. Yosemite trekt toeristen, wandelaars, klimmers, fotografen, schilders, iedereen wil graag iets ervaren en vastleggen van de natuur, maar om de ziel van deze plek te vangen valt niet mee, ook niet in een blog, misschien gaat dat beter met je hart.


De laatste dagen hebben we een camping in het park op de noordelijke rand van de vallei. We nemen een andere route en rijden langs de Merced rivier de vallei in, de route die ook het Mariposa Bataljon had in 1851. Het geeft weer een heel ander beeld dan het hoge uitzicht na de tunnel. We kennen nu het ritme van het park een beetje en zijn super vroeg om de middag drukte voor te zijn. In het bezoekers centrum zien we een korte film over het ontstaan van het park. Na de ontdekking van de vallei werd deze snel overgenomen door kolonisten, het betekende het eind van de Indiaanse bevolking. Bezorgde burgers zagen dat de vallei geëxploiteerd werd ten koste van de natuur en een beweging voor bescherming was geboren. Al in 1864 tekende President Lincoln (nog tijdens de burgeroorlog!) een Grant die de vallei in beheer gaf aan de staat Californië zodat het beschermd werd en vrij toegankelijk zou blijven voor alle mensen die het wilden zien. Een unicum in die tijd wat de weg vrijmaakte voor het ontstaan van andere natuurparken in de US. 
Het omliggende gebied werd in 1890 op instigatie van John Muir een nationaal park. Beroemd is de kampeer trip die Muir begin 1900 maakte met president Teddy Roosevelt, samen trokken ze een paar dagen door de vallei en de omgeving. Roosevelt was zo onder de indruk dat hij zich inzette om het hele gebied tot nationaal park te maken, hetgeen gebeurde in 1905. John Muir was onvermoeibaar als natuurbeschermer en zo beeldend in zijn beschrijvingen dat hij veel gedaan heeft voor het natuurbehoud van de grote parken in het westen van Amerika. Zijn naam komen we dan ook overal tegen. Hij had een kleine houtmolen in de vallei waar hij een poosje van leefde. Aan de gevel timmerde hij een groot uitgevallen kippenhok van waaruit hij altijd zicht had op de natuur om hem heen. Het was een aparte man denk ik.

We gaan naar Tuolumne Meadows, op 2900 meter hoogte, enorme bergweiden met bloemen en dieren, doorsneden door rivieren en stroompjes, omgeven door pieken van bergen die hoger waren dan de gletsjers en ronde domes die daaronder gelegen hebben. Begin juli lag er nog volop sneeuw hier en de zomer duurt er 6 weken. Er zijn verschillende prachtige meren in de omgeving en we stoppen bij Tenaya meer en Olmsted point, een berghelling van granieten, gladgeschuurde platen waar een reuzen gletsjerhand achteloos tonnen zware ronde keien heeft uitgestrooid. We kijken over de vallei in de diepte op Glacier Point en Half Dome aan de overkant, letterlijk adembenemend.
De camping ligt midden in dit natuurgebied en wij lopen pittige dagtochten in de omgeving, het maakt ons gelukkig om daar te zijn. Ons pad kruist een paar keer het Pacific Crest Trail, een wildernis route hoog in de bergen van Mexico naar Vancouver. “Om daar zelfs maar een stuk van te kunnen lopen!” fantaseer ik. Roel is iets minder enthousiast om met je tentje en eten voor weken op je rug door de bergen te trekken. Rond de wereld zeilen is net een soort Pacific Crest Trail, maar dan over water vindt hij, daar zit ook wat in. Gelukkig genieten we volop van onze dagtochten, het beste van twee werelden.
De avonden dat we in Tuolumne Meadows staan is het volle maan. Het is magisch! We maken ieder avond kampvuur tot we naar bed gaan en rond acht uur 's avonds verschijnt de maan! 
Het heldere weer en de hoge ligging van de camping hebben wel een keerzijde, de temperatuur daalt de eerste nacht tot nabij het vriespunt en daar zijn we niet op berekend. Onze super aardige buren wel, zij hebben drie doorgestikte dekens bij zich, twee teveel en ze geven er één aan ons, we mogen hem houden. Zij redden het kampeerplezier, want bibberend in je slaapzak liggen, zelfs bij volle maan, is geen pretje.
De laatste dag rijden we het park uit naar het oosten door de Tioga Pass - 3300 meter - tussen toren hoge bergen waar boven nog sneeuw ligt. Nog voor we beneden zijn heb ik al heimwee en het is niet overgegaan. Yosemite is een van de mooiste plekken waar ik ooit gelopen heb.....
















Geen opmerkingen:

Een reactie posten