Glacier Bay is een
prachtig natuurgebied in Oost-Alaska. Toen Captain
Cook hier in 1778 rond voer was er nog niets van te zien. Een enorme
gletsjer had zich in de kleine ijstijd zover naar buiten gewerkt dat
een ijstong uitstak in Icy Strait. Eind 1800 kwam Muir, een
Amerikaanse onderzoeker, voor het eerst in Glacier Bay. De
verschillende gletsjers hadden zich al ettelijke mijlen
teruggetrokken, de 100 jaar erna ging het hard. Nu moeten we 65 mijl
de baai invaren voor we de restanten van de gletsjers kunnen
bewonderen. Glacier Bay is een bekende bestemming van cruiseschepen
in Oost-Alaska, er mogen er maximaal twee per dag invaren. Ook voor
pleziervaart uit bijvoorbeeld Vancouver en Seattle is het een
aantrekkelijke bestemming en aan strenge regels gebonden.
Wij zijn buiten het
seizoen en hoeven geen vergunning aan te vragen. We gaan wel langs
bij de rangers voor informatie, wifi en een dag regen. We krijgen een
instructie, met film en aanvullende aandachtspunten van Mike. Naast
de waarschuwingen horen we wat de mooie plekken zijn en waar speciale
dieren zitten. Een kolonie Steller zeeleeuwen, een blauwe beer, de
berggeiten en misschien nog een walvis of twee zijn te zien.
Er zijn leuke wandelmogelijkheden rondom het (gesloten) bezoekercentrum en daar maken we graag gebruik van. Mike loopt een ochtend met ons mee, een pittige maar prachtige wandeling naar de Bartlett rivier. Hij werkte hier eind 1970 als ranger, heeft daarna een andere carrière gehad, nu is het zijn pensioen baan in de zomermaanden. Hij weet ongelofelijk veel van het gebied en wij luisteren graag, het park komt nu al tot leven voor ons.
Er zijn leuke wandelmogelijkheden rondom het (gesloten) bezoekercentrum en daar maken we graag gebruik van. Mike loopt een ochtend met ons mee, een pittige maar prachtige wandeling naar de Bartlett rivier. Hij werkte hier eind 1970 als ranger, heeft daarna een andere carrière gehad, nu is het zijn pensioen baan in de zomermaanden. Hij weet ongelofelijk veel van het gebied en wij luisteren graag, het park komt nu al tot leven voor ons.
Met opkomend tij
gaan we met 11 knopen naar binnen door de Sitakaday pas, dat gaat
snel! Daarna is het ook snel afgelopen en varen we rustig verder. Bij
de South Marble Eilanden zitten honderden Steller zeeleeuwen. De
mannetjes, beschermend tussen hun harem, de jongen stoeien in het
water. We drijven een poosje om ze goed te kunnen bewonderen. We zien
een paar walvis pufjes, maar ze blijven ver weg. We zijn de enigen
in Glacier Bay, dus we hebben alle ruimte.
De dagen erna hebben
we prachtig weer, zon, geen wind, alles is rustig. We zoeken naar de
blauwe beer in een van de baaien, maar hij/zij laat zich niet zien.
We wandelen waar we geen beren zien en genieten van de stilte en de
herfst kleuren. Bij Reid gletsjer liggen we twee nachten. We lopen
naar de voet van de gletsjer, waar een rivier van smeltwater grind en
vermalen steenstof afvoert. Door het smelten van de gletsjer komen er
steeds meer stenen bloot, op sommige plekken lijkt het eerder op een
grindmuur dan op ijs, wat er zeker nog wel onder zit. Bij een beekje
uit de bergen zien we beerepoot afdrukken en poep, maar verder niet.
Wel veel vogels. De puffins en andere zomer vogels zijn vertrokken.
Nu zijn het zee-eenden die zomers broeden in het binnenland en de
loons van de meren die hier overwinteren.
Tussendoor varen we naar de John Hopkins Gletsjer. Er ligt veel ijs in het water van de Lampuch gletsjer waar we langs varen. Voorzichtig tussen de brokken door “Tara on the rocks”. Bij John Hopkins is veel klein ijs en we zetten de motor uit en drijven een paar uur voor de gletsjer. Het is erg stil, af en toe een knal hoger in de gletsjer, maar geen vallend ijs. Het is prachtig en we voelen ons bevoorrecht dat we hier zo ongestoord kunnen liggen. Dan weer behoedzaam terug naar Reid Gletsjer.
Tussendoor varen we naar de John Hopkins Gletsjer. Er ligt veel ijs in het water van de Lampuch gletsjer waar we langs varen. Voorzichtig tussen de brokken door “Tara on the rocks”. Bij John Hopkins is veel klein ijs en we zetten de motor uit en drijven een paar uur voor de gletsjer. Het is erg stil, af en toe een knal hoger in de gletsjer, maar geen vallend ijs. Het is prachtig en we voelen ons bevoorrecht dat we hier zo ongestoord kunnen liggen. Dan weer behoedzaam terug naar Reid Gletsjer.
Op de kaartjes
kunnen we de terugtrekking van de gletsjer volgen. De John Hopkins is
de afgelopen jaren iets gegroeid, de anderen zijn alleen maar verder
terug getrokken. Het gebeurt wereldwijd. Vanuit John Hopkins reizen
we terug door de tijd. Waar de gletsjer net vertrokken is zijn de
rotsen kaal en hard. Verder naar buiten beginnen de korstmossen de
rotsen te kleuren. Na zo'n 140 jaar zijn er struikjes en daarna
beginnen de eerste boompjes te verschijnen, wilg en els. Vooral de
laatste is belangrijk als stikstof binder, hij maakt de weg vrij voor
de Sitka sparren die het bos gaande weg invullen.
Dichterbij de uitgang is het een en al Sitka sparrenbos. In 1974 woedde er een enorme windstorm in het gebied. Het bos rondom het bezoekerscentrum – het oudste uit het gebied- kreeg de volle laag. Veel bomen gingen om in het jonge bos, en nu bijna 50 jaar later, is het een gevarieerd bos met veel kenmerken van een volwassen bos. Op de open plekken is nieuwe aangroei, de oude bomen hangen vol met sliertmossen en op de grond is een warboel van vermolmde bomen en zachte kussens van mossoorten. Overal hoor je water. Hier en daar liggen enorme stenen, achtergelaten door de gletsjer. Tussen de omgevallen bomen is een rijkdom aan paddenstoelen, waar we graag gebruik van maken. Oesterzwammen, cantharellen en “hedgehogs”, ze gaan lekker in de quiche.
Dichterbij de uitgang is het een en al Sitka sparrenbos. In 1974 woedde er een enorme windstorm in het gebied. Het bos rondom het bezoekerscentrum – het oudste uit het gebied- kreeg de volle laag. Veel bomen gingen om in het jonge bos, en nu bijna 50 jaar later, is het een gevarieerd bos met veel kenmerken van een volwassen bos. Op de open plekken is nieuwe aangroei, de oude bomen hangen vol met sliertmossen en op de grond is een warboel van vermolmde bomen en zachte kussens van mossoorten. Overal hoor je water. Hier en daar liggen enorme stenen, achtergelaten door de gletsjer. Tussen de omgevallen bomen is een rijkdom aan paddenstoelen, waar we graag gebruik van maken. Oesterzwammen, cantharellen en “hedgehogs”, ze gaan lekker in de quiche.
De laatste ochtend in
Reid wordt ik wakker van ijs tegen de romp, het is nog donker. Mmm,
de watertemperatuur was gisteren nog 6ºC.
Het gekras wordt erger, Roel gaat even kijken. Er liggen wat
plaatjes ijs in de baai die eruit drijven, geen zorgen dus. Een uur
later ligt de baai bijna dicht met een dunne laag ijs, de plaatjes
groeien snel aan elkaar. We gaan er toch maar uit. De ankerketting
trekt door een 3mm laagje ijs en wij spelen zo zachtjes mogelijk voor
ijsbreker. We denken dat het een combinatie is van zoet smeltwater
wat op het zoute water blijft drijven, een prachtige heldere nacht en
een lucht beweging van het Brady ijsveld boven de gletsjer naar de
baai. Zo varen we iets na 7 uur alweer rond en drijven uren bij
Gloomy Knob (Naargeestige bult). Zo ziet hij er wel uit, zwart
graniet, gegroefd door de gletsjers van eeuwen geleden, maar zo steil
en hard dat er niet veel groeit. Daar houden berggeiten van.
Op de heenweg heb ik na uren eindelijk de eerste dieren gezien, dus nu weten we waar we moeten kijken. We zijn zo vroeg dat ze nog in hun weitje liggen. Maar met zon op de rots komt alles tot leven. We kunnen tot vlak onder de rots komen, nog honderden meters bij de geiten vandaan, maar ze zijn goed te zien. Ik volg ze met de verrekijker en camera, dat worden weer 500 foto's ;-) Twee moeders met kleintjes scharrelen van bosje naar bosje. Ze lopen over onwaarschijnlijk kleine richeltjes van de ene plek naar de andere. De bokken doen het rustig aan en liggen veel om zich heen te kijken. Ik zie er steeds meer en heb er uiteindelijk 11. Ik hoor een adem puf en kijk om ons heen waar het vandaan komt. Drie orka's zwemmen een paar honderd meter voor de boot, twee volwassen dieren en een kleine. Ze zwemmen van ons weg, maar we kunnen ze nog een hele tijd volgen met de verrekijker. “Nu nog een beer”, zeg ik tegen Roel.
Op de heenweg heb ik na uren eindelijk de eerste dieren gezien, dus nu weten we waar we moeten kijken. We zijn zo vroeg dat ze nog in hun weitje liggen. Maar met zon op de rots komt alles tot leven. We kunnen tot vlak onder de rots komen, nog honderden meters bij de geiten vandaan, maar ze zijn goed te zien. Ik volg ze met de verrekijker en camera, dat worden weer 500 foto's ;-) Twee moeders met kleintjes scharrelen van bosje naar bosje. Ze lopen over onwaarschijnlijk kleine richeltjes van de ene plek naar de andere. De bokken doen het rustig aan en liggen veel om zich heen te kijken. Ik zie er steeds meer en heb er uiteindelijk 11. Ik hoor een adem puf en kijk om ons heen waar het vandaan komt. Drie orka's zwemmen een paar honderd meter voor de boot, twee volwassen dieren en een kleine. Ze zwemmen van ons weg, maar we kunnen ze nog een hele tijd volgen met de verrekijker. “Nu nog een beer”, zeg ik tegen Roel.
We gaan naar Blue
Mouse Cove voor de nacht en om even te wandelen. Voor het anker erin
gaat zien we een grizzly moeder beer met 3 grote jongen op het strand
scharrelen! Het is niet te geloven.
Ze gaan het bos in
voor we vast liggen, het wandelen laten we maar even schieten. We
hebben otters om de boot en tegen de avond komt een groepje
zeeleeuwen spelen in het baaitje waar we liggen, een arend vliegt
over, zijn partner schreeuwt in het bosje. De zonsondergang is
prachtig het is doodstil en we kijken uit op een gletsjer hoog in de
bergen. Wat een prachtig gebied, wat zijn we een geluksvogels.
De volgende morgen
wachten we in de hoop dat de beren terug komen. Intussen hebben we
harbor porpoises in de baai, kleine schuwe dolfijntjes, we blijven
doodstil en ze komen steeds weer boven. We geven de beren om half elf
op, Roel loopt met de dinghy naar voren en... ziet moeder beer uit
het bos komen. Ander plan. We kijken hoe ze met z'n vieren langs het
strand scharrelen en stappen heel stil in dinghy en roeien door de
baai om ze vanaf het water te volgen. We roeien pas terug naar de
boot als ze aan de andere kant het bos in verdwijnen. Deze dag kan
niet meer stuk.
We varen weer langs
de zeeleeuwen op hun rots, het is hoog water, dus ze zitten hutje
mutje op elkaar. We zoeken de walvissen, maar vinden ze niet. Zo
scharrelen we terug naar Bartlett Cove. Er komen dagen met veel regen
en daar is dan meer te beleven dan in de baai.
Als ik het blog
bijwerk aan de kampeertafel buiten met wifi van de rangers,
waarschuwt iemand dat er een zwarte beer achter me op het houten dek
loopt. Er wordt geroepen en gezwaaid en de beer voelt aan dat hij
niet welkom is en verdwijnt snel in het bos. Mijn eerste wilde zwarte
beer, maar wel iets te dichtbij en geen foto's. We verplaatsen de
tafel zodat ik met mijn rug tegen het wc huisje zit, dan zie ik ze in
ieder geval komen. We maken mooie wandelingen in de droge uren, het
lijkt 's nachts veel meer te regenen dan overdag. We zien een
porcupine, een stekeldier zo groot als een middelmaat hond. Ze hummen
zangerig terwijl ze knabbelend door gras en struikjes scharrelen.
Behalve neus en ogen zitten ze helemaal vol met lange stekels, die
laat iedereen wel met rust. Hij is ook niet erg onder de indruk van
ons, en poseert op zijn achterpootjes voor de camera.
Mike en Karen
nodigen ons uit voor een dagje in Gustavus. Gustavus ligt op de
grindvlakte die de gletsjers achter gelaten hebben, het eerste vlakke
stuk wat we zien in Alaska. Het is een piepklein dorpje en dat willen
ze ook graag zo houden. Geen wegen, geen cruiseschepen, alleen wat
mensen met een cabin in het bos. Mike en Karen wonen ook in het bos
op een groot stuk land. Ze hebben het al meer dan 40 jaar, eerst als
cabin en nu – na de pensionering- als huis. Karen is Japanse
literatuur prof en Mike heeft voor haar twee bibliotheekjes gebouwd
in het bos om. Een is er Japans ingericht, erg mooi en een
prachtige werkplek. We wandelen samen en eten 's avonds bij hun
vriend Jim. Hij woont ook al jaren in het gebied en heeft veel
onderzoek gedaan naar visserij en zelf een een topkwaliteit
visverwerking gehad. Interessante gesprekken aan tafel, tot we
onderbroken worden door een zwarte beer die opspringt tegen het raam,
een halve meter achter ons. De hond jaagt hem weg en het gesprek gaat
nu even over lastige beren zo eind van de herfst. Niemand, behalve
wij, is erg onder de indruk, business as usual.
We ontmoeten ook Ingrid en Kevin in Bartlett Cove. Ingrid is werkzaam op het park en Kevin organiseert bijzondere outdoor reizen. Ingrid gaat vaak mee als naturalist om de gasten van alles te vertellen over wat ze tegen komen. We eten samen op de boot en wisselen reisverhalen uit, een gezellige avond over bijzondere bestemmingen. Wat is er toch veel te zien op de wereld!
foto's: Steller Gaai, "Levende" route markering van de Huna Tlingit native bewoners, zonsopkomst over de Fairweather range, Gemeenschapshuis van de Huna Tlingit in Glacier Bay, Zwarte Cantharel, laatste foto een Blauw Korhoen, de rest spreekt voor zich.