vrijdag 26 oktober 2018

Glacier Bay voor onszelf - oktober


Glacier Bay is een prachtig natuurgebied in Oost-Alaska. Toen Captain Cook hier in 1778 rond voer was er nog niets van te zien. Een enorme gletsjer had zich in de kleine ijstijd zover naar buiten gewerkt dat een ijstong uitstak in Icy Strait. Eind 1800 kwam Muir, een Amerikaanse onderzoeker, voor het eerst in Glacier Bay. De verschillende gletsjers hadden zich al ettelijke mijlen teruggetrokken, de 100 jaar erna ging het hard. Nu moeten we 65 mijl de baai invaren voor we de restanten van de gletsjers kunnen bewonderen. Glacier Bay is een bekende bestemming van cruiseschepen in Oost-Alaska, er mogen er maximaal twee per dag invaren. Ook voor pleziervaart uit bijvoorbeeld Vancouver en Seattle is het een aantrekkelijke bestemming en aan strenge regels gebonden.
Wij zijn buiten het seizoen en hoeven geen vergunning aan te vragen. We gaan wel langs bij de rangers voor informatie, wifi en een dag regen. We krijgen een instructie, met film en aanvullende aandachtspunten van Mike. Naast de waarschuwingen horen we wat de mooie plekken zijn en waar speciale dieren zitten. Een kolonie Steller zeeleeuwen, een blauwe beer, de berggeiten en misschien nog een walvis of twee zijn te zien.
Er zijn leuke wandelmogelijkheden rondom het (gesloten) bezoekercentrum en daar maken we graag gebruik van. Mike loopt een ochtend met ons mee, een pittige maar prachtige wandeling naar de Bartlett rivier. Hij werkte hier eind 1970 als ranger, heeft daarna een andere carrière gehad, nu is het zijn pensioen baan in de zomermaanden. Hij weet ongelofelijk veel van het gebied en wij luisteren graag, het park komt nu al tot leven voor ons.

Met opkomend tij gaan we met 11 knopen naar binnen door de Sitakaday pas, dat gaat snel! Daarna is het ook snel afgelopen en varen we rustig verder. Bij de South Marble Eilanden zitten honderden Steller zeeleeuwen. De mannetjes, beschermend tussen hun harem, de jongen stoeien in het water. We drijven een poosje om ze goed te kunnen bewonderen. We zien een paar walvis pufjes, maar ze blijven ver weg. We zijn de enigen in Glacier Bay, dus we hebben alle ruimte.
De dagen erna hebben we prachtig weer, zon, geen wind, alles is rustig. We zoeken naar de blauwe beer in een van de baaien, maar hij/zij laat zich niet zien. We wandelen waar we geen beren zien en genieten van de stilte en de herfst kleuren. Bij Reid gletsjer liggen we twee nachten. We lopen naar de voet van de gletsjer, waar een rivier van smeltwater grind en vermalen steenstof afvoert. Door het smelten van de gletsjer komen er steeds meer stenen bloot, op sommige plekken lijkt het eerder op een grindmuur dan op ijs, wat er zeker nog wel onder zit. Bij een beekje uit de bergen zien we beerepoot afdrukken en poep, maar verder niet. Wel veel vogels. De puffins en andere zomer vogels zijn vertrokken. Nu zijn het zee-eenden die zomers broeden in het binnenland en de loons van de meren die hier overwinteren.
Tussendoor varen we naar de John Hopkins Gletsjer. Er ligt veel ijs in het water van de Lampuch gletsjer waar we langs varen. Voorzichtig tussen de brokken door “Tara on the rocks”. Bij John Hopkins is veel klein ijs en we zetten de motor uit en drijven een paar uur voor de gletsjer. Het is erg stil, af en toe een knal hoger in de gletsjer, maar geen vallend ijs. Het is prachtig en we voelen ons bevoorrecht dat we hier zo ongestoord kunnen liggen. Dan weer behoedzaam terug naar Reid Gletsjer.

Op de kaartjes kunnen we de terugtrekking van de gletsjer volgen. De John Hopkins is de afgelopen jaren iets gegroeid, de anderen zijn alleen maar verder terug getrokken. Het gebeurt wereldwijd. Vanuit John Hopkins reizen we terug door de tijd. Waar de gletsjer net vertrokken is zijn de rotsen kaal en hard. Verder naar buiten beginnen de korstmossen de rotsen te kleuren. Na zo'n 140 jaar zijn er struikjes en daarna beginnen de eerste boompjes te verschijnen, wilg en els. Vooral de laatste is belangrijk als stikstof binder, hij maakt de weg vrij voor de Sitka sparren die het bos gaande weg invullen.
Dichterbij de uitgang is het een en al Sitka sparrenbos. In 1974 woedde er een enorme windstorm in het gebied. Het bos rondom het bezoekerscentrum – het oudste uit het gebied- kreeg de volle laag. Veel bomen gingen om in het jonge bos, en nu bijna 50 jaar later, is het een gevarieerd bos met veel kenmerken van een volwassen bos. Op de open plekken is nieuwe aangroei, de oude bomen hangen vol met sliertmossen en op de grond is een warboel van vermolmde bomen en zachte kussens van mossoorten. Overal hoor je water. Hier en daar liggen enorme stenen, achtergelaten door de gletsjer. Tussen de omgevallen bomen is een rijkdom aan paddenstoelen, waar we graag gebruik van maken. Oesterzwammen, cantharellen en “hedgehogs”, ze gaan lekker in de quiche.
De laatste ochtend in Reid wordt ik wakker van ijs tegen de romp, het is nog donker. Mmm, de watertemperatuur was gisteren nog 6ºC. Het gekras wordt erger, Roel gaat even kijken. Er liggen wat plaatjes ijs in de baai die eruit drijven, geen zorgen dus. Een uur later ligt de baai bijna dicht met een dunne laag ijs, de plaatjes groeien snel aan elkaar. We gaan er toch maar uit. De ankerketting trekt door een 3mm laagje ijs en wij spelen zo zachtjes mogelijk voor ijsbreker. We denken dat het een combinatie is van zoet smeltwater wat op het zoute water blijft drijven, een prachtige heldere nacht en een lucht beweging van het Brady ijsveld boven de gletsjer naar de baai. Zo varen we iets na 7 uur alweer rond en drijven uren bij Gloomy Knob (Naargeestige bult). Zo ziet hij er wel uit, zwart graniet, gegroefd door de gletsjers van eeuwen geleden, maar zo steil en hard dat er niet veel groeit. Daar houden berggeiten van.
Op de heenweg heb ik na uren eindelijk de eerste dieren gezien, dus nu weten we waar we moeten kijken. We zijn zo vroeg dat ze nog in hun weitje liggen. Maar met zon op de rots komt alles tot leven. We kunnen tot vlak onder de rots komen, nog honderden meters bij de geiten vandaan, maar ze zijn goed te zien. Ik volg ze met de verrekijker en camera, dat worden weer 500 foto's ;-) Twee moeders met kleintjes scharrelen van bosje naar bosje. Ze lopen over onwaarschijnlijk kleine richeltjes van de ene plek naar de andere. De bokken doen het rustig aan en liggen veel om zich heen te kijken. Ik zie er steeds meer en heb er uiteindelijk 11. Ik hoor een adem puf en kijk om ons heen waar het vandaan komt. Drie orka's zwemmen een paar honderd meter voor de boot, twee volwassen dieren en een kleine. Ze zwemmen van ons weg, maar we kunnen ze nog een hele tijd volgen met de verrekijker. “Nu nog een beer”, zeg ik tegen Roel.
We gaan naar Blue Mouse Cove voor de nacht en om even te wandelen. Voor het anker erin gaat zien we een grizzly moeder beer met 3 grote jongen op het strand scharrelen! Het is niet te geloven.
Ze gaan het bos in voor we vast liggen, het wandelen laten we maar even schieten. We hebben otters om de boot en tegen de avond komt een groepje zeeleeuwen spelen in het baaitje waar we liggen, een arend vliegt over, zijn partner schreeuwt in het bosje. De zonsondergang is prachtig het is doodstil en we kijken uit op een gletsjer hoog in de bergen. Wat een prachtig gebied, wat zijn we een geluksvogels.
De volgende morgen wachten we in de hoop dat de beren terug komen. Intussen hebben we harbor porpoises in de baai, kleine schuwe dolfijntjes, we blijven doodstil en ze komen steeds weer boven. We geven de beren om half elf op, Roel loopt met de dinghy naar voren en... ziet moeder beer uit het bos komen. Ander plan. We kijken hoe ze met z'n vieren langs het strand scharrelen en stappen heel stil in dinghy en roeien door de baai om ze vanaf het water te volgen. We roeien pas terug naar de boot als ze aan de andere kant het bos in verdwijnen. Deze dag kan niet meer stuk.
We varen weer langs de zeeleeuwen op hun rots, het is hoog water, dus ze zitten hutje mutje op elkaar. We zoeken de walvissen, maar vinden ze niet. Zo scharrelen we terug naar Bartlett Cove. Er komen dagen met veel regen en daar is dan meer te beleven dan in de baai.
Als ik het blog bijwerk aan de kampeertafel buiten met wifi van de rangers, waarschuwt iemand dat er een zwarte beer achter me op het houten dek loopt. Er wordt geroepen en gezwaaid en de beer voelt aan dat hij niet welkom is en verdwijnt snel in het bos. Mijn eerste wilde zwarte beer, maar wel iets te dichtbij en geen foto's. We verplaatsen de tafel zodat ik met mijn rug tegen het wc huisje zit, dan zie ik ze in ieder geval komen. We maken mooie wandelingen in de droge uren, het lijkt 's nachts veel meer te regenen dan overdag. We zien een porcupine, een stekeldier zo groot als een middelmaat hond. Ze hummen zangerig terwijl ze knabbelend door gras en struikjes scharrelen. Behalve neus en ogen zitten ze helemaal vol met lange stekels, die laat iedereen wel met rust. Hij is ook niet erg onder de indruk van ons, en poseert op zijn achterpootjes voor de camera.

Mike en Karen nodigen ons uit voor een dagje in Gustavus. Gustavus ligt op de grindvlakte die de gletsjers achter gelaten hebben, het eerste vlakke stuk wat we zien in Alaska. Het is een piepklein dorpje en dat willen ze ook graag zo houden. Geen wegen, geen cruiseschepen, alleen wat mensen met een cabin in het bos. Mike en Karen wonen ook in het bos op een groot stuk land. Ze hebben het al meer dan 40 jaar, eerst als cabin en nu – na de pensionering- als huis. Karen is Japanse literatuur prof en Mike heeft voor haar twee bibliotheekjes gebouwd in het bos om. Een is er Japans ingericht, erg mooi en een prachtige werkplek. We wandelen samen en eten 's avonds bij hun vriend Jim. Hij woont ook al jaren in het gebied en heeft veel onderzoek gedaan naar visserij en zelf een een topkwaliteit visverwerking gehad. Interessante gesprekken aan tafel, tot we onderbroken worden door een zwarte beer die opspringt tegen het raam, een halve meter achter ons. De hond jaagt hem weg en het gesprek gaat nu even over lastige beren zo eind van de herfst. Niemand, behalve wij, is erg onder de indruk, business as usual.

We ontmoeten ook Ingrid en Kevin in Bartlett Cove. Ingrid is werkzaam op het park en Kevin organiseert bijzondere outdoor reizen. Ingrid gaat vaak mee als naturalist om de gasten van alles te vertellen over wat ze tegen komen. We eten samen op de boot en wisselen reisverhalen uit, een gezellige avond over bijzondere bestemmingen. Wat is er toch veel te zien op de wereld!

foto's: Steller Gaai, "Levende" route markering van de Huna Tlingit native bewoners, zonsopkomst over de Fairweather range, Gemeenschapshuis van de Huna Tlingit in Glacier Bay, Zwarte Cantharel, laatste foto een Blauw Korhoen, de rest spreekt voor zich.





















Geen opmerkingen:

Een reactie posten