maandag 7 oktober 2013

Braziliaanse Koorts 29 september

Kranten bericht  PZC uit Zeeland

Deze zomer stuurde mijn zus Anita twee krantenartikelen op over 700 Zeeuwse landverhuizers die rond 1858 naar Vitória in Brazilië vertrokken om een beter bestaan op te bouwen. “Braziliaanse Koorts” werd het genoemd in Zeeland. Uitgenodigd door de Braziliaanse regering met beloftes van eigen land, een huis en een goed leven. De werkelijkheid was anders en velen moesten het met het leven bekopen. Maar in Holandina (Esperito Santo) en omgeving wonen nog steeds nazaten van de emigranten van toen en sommigen spreken zelfs nog Zeeuws. Over de geschiedenis van de landverhuizers is door Ton Roos en Margje Eshuis het boek “Op een dag zullen ze ons vinden” geschreven. Zij hebben jaren in de gemeenschap Holandina gewoond vanuit de kerkgemeenschap.
Tropische wildernis

Het verhaal blijft aan mij trekken. Ik heb het boek besteld, maar helaas te laat om mee te nemen. Dus dat wacht op de eerstvolgende “Services Overseas” zending die hopelijk in oktober met een vriend meekomt.
Ik twijfel lang of ik zal proberen de Zeeuwen te ontmoeten die daar wonen. Zitten zij op mij te wachten? Vast niet. Maar toch.... Als we dagen in Vitória wachten op goed weer om verder te zeilen verdiep ik mij in het verhaal. Ik probeer mij een beeld te vormen van wat die mensen in 1850 bewoog om te gaan en vooral wat ze hier aantroffen. Ik realiseer mij dat ik zomaar één van de vertrekkers had kunnen zijn als ik toentertijd geleefd had. Misschien dezelfde reden dat ik nu ook hier ben.
Hollandser kan het niet

Ik probeer het gewoon, als ze er niet zijn of niet willen praten ook goed, dan heb ik de reis in ieder geval gemaakt. Om 5 uur 's morgens naar het busstation. De bus van Vitória naar Santa Maria de Jetibá doet er 2,5 uur over. Vooral de laatste anderhalf uur maakt indruk op me. De bus zwoegt zich helling op helling af, meerdere rivieren over met links en rechts dik tropisch regenwoud. Pas aan het eind komen de koffieplantages en andere groentevelden. Op stukjes land met soms onmogelijke hellingshoeken en ontworsteld aan het oerwoud. Ik stel me voor dat je uit het vlakke, overzichtelijke Zeeland komt en hier te voet deze afstanden af te moeten leggen. Hele gezinnen trokken hierheen, met jonge kinderen en dan overnachten in een oerwoud vol onbekende geluiden en giftige slangen.
In Holandina geen vruchtbaar land wat klaar lag en geen huizen maar hutten van leem en palmblad. Het was een zwaar leven. Koffieplanten kregen de Protestantse boeren niet van de Rooms Katholieke boeren en het duurde dan ook jaren voor er enige welvaart kwam.
Twee Zeeuwse meisjes, Leonora en Jacomine

In Santa Maria de Jetibá kan ik niet met de taxi naar Holandina, maar wel naar Garrafão. Ook daar wonen verschillende Zeeuwen. De taxichauffeur heeft een Duitse achtergrond en spreekt dat ook nog redelijk. Hij vertelt over het gebied waar we doorheen rijden. Santa Maria is de tweede “kippenstad” van Brazilie. 44 dubbele vrachtwagens per dag met eieren gaan er het land in. Eén producent is soms wel goed voor 3 miljoen eieren per dag. Verder is het gebied de groentetuin voor veel van de grote steden in de omgeving. Een constante temperatuur en zeer regelmatig regen, dus er kan meerdere keren per jaar geoogst worden.
De weg slingert van dorpje naar nog kleiner dorpje. Granietrotsen, eucalyptusbomen op de hoge hellingen en velden met groenten in de dalen. Vakwerkhuizen, chaletjes met houten luiken en Duitse en Nederlandse namen op de winkels.
Julia houdt klompen danstraditie levend
In Garrafao zoeken we Leonora op die genoemd wordt in het krantenartikel. Tja en wat zeg je dan als je aanbelt? Maar het is niet zo moeilijk, Leonora wil wel even koffie met me drinken en de meegebrachte stroopwafels breken het ijs. Leonora en haar man zijn iets jonger dan ikzelf en de 2 dochters wonen nog thuis. Ze is erg geïnteresseerd in haar Zeeuwse achtergrond en is, op uitnodiging van de kerk van Ton Roos, ook op bezoek geweest in Nederland. Omgekeerd waren hier al veel mensen geweest uit Nederland. We bekijken samen foto's van de geboortegrond van haar voorouders in Zeeuws Vlaanderen en het bezoek aan Nederland. Op de foto's van de tweede en derde generatie in Brazilië zie ik grote gezinnen. De vader en moeder van Leonora hadden verschillende broers en zussen die ook weer met elkaar trouwden. Een hecht familieverband en dat merk je nog steeds. Alle ooms en tantes die nog leven wonen in Garrafao, evenals de broer en zussen van Leonora en hun gezinnen.
Tante Madelene en oom Florian

Leonora is de vierde generatie die opgroeit in Brazilië, haar vader overleed toen zij nog jong was aan een giftige slangenbeet. Haar moeder met 4 kinderen, de vijfde moest nog geboren worden, bleef achter. Het familievangnet deed zijn werk en Leonora groeide op bij oma en opa. De kerk zorgde ervoor dat Leonora naar school kon om door te leren als lerares, het vak wat zij nog steeds uitoefent. Haar man Marcus heeft 8 melkkoeien op hun land.
Gaandeweg komt er meer verbinding. Met dochter Julia kijk ik naar Youtube filmpjes van de Nederlandse klompendansgroep waarvan zij lid is. Als ik “twee emmertjes water halen” meezing hebben we er samen plezier om. Julia wil graag dat ik blijf slapen en is verbaasd dat ik diezelfde dag nog terug ga, helemaal naar Vitória. 's Middags gaan we op bezoek bij de tante en oom van Leonora in het huis wat ze stukje bij beetje uit het niets opgebouwd hebben. Nu komt er 5 dagen per week een bus, maar toentertijd was het een afgelegen plaats om te wonen. De bewoners van Garrafao waren op zichzelf en elkaar aangewezen. De tante van Leonora doet mij aan mijn oma denken, maar de tongval is duidelijk Zeeuws Vlaams. De rest van de familie zie ik later bij de schilderklas. Een klein wereldje in het dorp. Als ik aan het eind van de middag afscheid neem, is het een hartelijk afscheid. Wat een gastvrij onthaal!

Op de terugweg overdenk ik deze dag. Ik geniet na van de Nederlandse verhalen en verwonder me hoe langzaam het Zeeuws opgaat in Braziliaans. Ik heb nooit geweten van de emigranten naar Brazilië en vind het bijzonder om de mensen hier tegen te komen. Wat een doorzetters zijn dat geweest. Het motto van Zeeland komt bij me op: Luctor et Emergo, ik worstel en kom boven. Ik denk dat ze het letterlijk nodig gehad hebben, zoals het ook de Zeeuwen door de eeuwen getekend heeft.

Er is een plan om een documentaire te maken over deze “vergeten”emigratie. Het geld wordt ingezameld door middel van crowdfunding. Als je meer wilt weten over de Braziliaanse Koorts, welke families vertrokken, het boek wilt bestellen of de documentaire financieel wilt steunen, kijk dan op de website:
www.braziliaansekoorts.nl




1 opmerking:

  1. Hoi Jacomine en Roel, wat een schitterend verhaal, en dat alles na een krantenknipsel uit Zeeland, genietend van alle verhalen via de blog, was dit wel een heel bijzondere, van de ene Zeeuwse, via een andere Zeeuwse, op zoek in Brazilië naar Zeeuwen, heel veel lieve groetjes, het gaat jullie goed , en blijf schrijven, we genieten ervan, Anita& Jaap

    BeantwoordenVerwijderen